Een deel van de jongeren verlaat het onderwijs met een taalachterstand. Wanneer deze jongeren de arbeidsmarkt op gaan, kunnen zij door hun lagere taalvaardigheid dikwijls niet volledig participeren in de samenleving en ook in hun ontwikkeling en kansen op de arbeidsmarkt blijven ze achter. Zij vallen onder de noemer ‘laaggeletterd’.
Met name het mbo kan dit als een grote uitdaging ervaren, omdat een deel van haar studenten reeds een taalachterstand heeft als zij het mbo instromen. Zij staat dan voor de opdracht om de taalachterstand bij deze studenten weg te werken. De overheid zou meer oog voor kunnen hebben voor dit probleem in het mbo.
In het rapport worden aanbevelingen gedaan gericht op het mbo als startpunt voor een verdere dialoog tussen de verschillende partijen in en om het onderwijs en voor nader onderzoek om taalachterstanden onder jongeren tegen te gaan.
Lees hier het rapport.